Citaten
In ons vakgebied wordt vaak onderzoek gedaan door middel van interviews. In deze paragraaf staan we stil bij de manier waarop je interviewcitaten presenteert. Hoe je geschikte citaten selecteert, lees je niet hier terug, maar in een boek over onderzoeksmethoden. Over de opmaak alvast één opmerking: zorg dat de citaten herkenbaar zijn door ze op een aparte tekstregel te presenteren.
Bij de presentatie zijn er twee vragen die je jezelf in ieder geval moet stellen:
- noteer ik letterlijk de woorden van de respondent of pas ik de formulering aan?
- hoe ga ik om met een eventueel verzoek om anonimiteit van de respondent?
Beide vragen komen hieronder aan bod.
Het is gebruikelijk om de gesproken woorden van een respondent om te zetten in schrijftaal. Je voegt interpunctie toe; schrijft halve zinnen volledig uit en corrigeert grammaticale fouten. Het doel is om de citaten begrijpelijk te maken voor lezer. Toch worden citaten niet altijd geherformuleerd door de onderzoeker. Bijvoorbeeld als naast de inhoud ook de manier waarop de respondent zich heeft geuit ertoe doet. Er zijn zelfs onderzoekers die pauzes in een zin aanduiden, om de citaten zo natuurlijk mogelijk te maken. Ofwel, de keuze is aan jou. Doe je aanpassingen aan de letterlijke woorden van de respondent, vermeld dit dan in het methodenhoofdstuk.
De onderzoekers trachtten een overzicht te geven van de verschillende standpunten van actoren. Respondenten zijn geselecteerd op basis van hun functie. Voor het begrip van de uitspraken is het cruciaal om te weten wie wat heeft gezegd. In het verslag zijn de citaten weergegeven in schrijftaal. De inhoud stond voorop, niet de manier van uitdrukken.
Schrijftaal
“Er is geen geld om de schelpenpaden te onderhouden.” Wethouder ruimtelijke ordening Ameland
Spreektaal
“Tsja – uh – hoe zal ik het zeggen. Weet je er … het geld is op.” Wethouder ruimtelijke ordening Ameland
Soms is woordkeuze juist belangrijk, zoals hieronder bij het woord ‘dierentuin’.
“In de zomer is dit park net een dierentuin. Niet letterlijk, hoor. Er lopen geen dieren rond, maar wel allerlei soorten mensen.”
Respondent 11 (24 jaar)
In het ideale geval is een citaat voorzien van een bronvermelding (bijvoorbeeld met de naam, leeftijd en functie van een respondent).Wetenschappers worden per slot van rekening geacht zo nauwkeurig en betrouwbaar mogelijk te werk te gaan. Dit kan echter niet als je de respondent anonimiteit hebt beloofd. Ga daar zorgvuldig mee om. Je mag een respondent, die tijd heeft genomen voor deelname aan het onderzoek, geen schade berokkenen. De eerste stap is om de naam van de respondent weg te laten, maar dat volstaat niet altijd. Soms is een respondent namelijk herkenbaar in datgene wat hij heeft gezegd.
Hogenstijn en Van Middelkoop (2008) deden onderzoek naar de machtsrelaties onder dorpsbewoners. Daar werden uitspraken gedaan die uiteindelijk niet zijn opgenomen in hun proefschrift, omdat buurtbewoners de respondent zouden herkennen aan zijn uitspraak (“dat kan er maar één gezegd hebben!”). De respondenten wilden liever niet door hun buren geconfronteerd worden met hun eigen uitspraken.
“Ik heb wel eens een burenruzie meegemaakt. Mevrouw en meneer X wilden toen een nieuwe schutting plaatsen. Die vonden mijn vrouw en ik veel te hoog.”
Respondent 3 (man, 63 jaar, Sterrenwijk)
Toelichting bij voorbeeld
De respondent en ‘meneer en mevrouw X’ zijn anoniem weergegeven. De privacy van respondenten is beschermd. Bovendien was het bij dit onderzoek naar contact tussen buren niet van belang om te weten om welke personen het precies ging.
Er is niet één standaardmanier om met citaten om te gaan. Maak voor je eigen onderzoek een zorgvuldige afweging en licht je keuzes toe in het methodenhoofdstuk.
Voor meer informatie over het gebruik en de weergave van citaten uit (wetenschappelijke) artikelen, klik hier en scroll naar citaten.